In Armenië worden pijnboompitten veel gebruikt in de keuken. Meestal vind je ze terug in hartige gerechten, maar ik gebruikte ze grof gemalen in mijn variatie op het klassieke shakarshee koekje. Ik mengde de bloem met semolina, een grof gemalen harde tarwe die bijvoorbeeld wordt gebruikt in het populairste Armeense toetje hareesa. Net als bij hareesa en baklava overgoot ik de koekjes met een zoete suikerstroop. Het resultaat is een lekker, boterig en crunchy koekje met de subtiele smaak van pijnboompitten. De citroen in het deeg en in de siroop geven het koekje een lekker citruskick. Het pijnboom citroenkoekje wordt door de siroop iets zachter en is volgens mij ook erg lekker zijn als zoet toetje met een flinke dot slagroom. Had ik er nou maar een paar overgehouden om te testen!
____________________
Pijnboom citroen koekje
voor ca. 25 koekjes
125 gram zachte boter
100 gram poedersuiker
1 eidooier
100 gram semolina
75 g bloem
snufje zout
40 gram pijnboompitten, grof gehakt + extra om te garneren
rasp en sap van 1 citroen
100 g suiker
100 ml water
Klop de boter met de poedersuiker licht en romig.
Voeg de eidooier toe en klop goed door.
Meng er de bloem en het zout door. Verwarm de oven voor op 175°C.
Doe er de pijnboompitten en de citroenrasp bij en vorm snel tot een zacht deeg.
Vorm kleine rolletjes van ca. 20 g het deeg en leg op een met bakpapier bekleed bakblik. Laat ruimte over want de koekjes rijzen uit. Druk op elk koekje wat pijnboompitten en bak in 15-20 min. gaar en heel lichtbruin. Laat op het bakblik afkoelen.
Breng intussen de suiker met het citroensap en het water al roerend aan de kook. Laat ca. 5 min. zachtjes koken. Leg de koekjes op een rekje dat op een bakblik is gezet en schep wat siroop over elk koekje. Laat helemaal afkoelen.
This post is also available in: Engels