Al een week lang lag een enorme berg kweeperen uit de boomgaard van mijn ouders heerlijk te geuren in een grote schaal in de keuken. De kwee is niet het meeste elegante of gemakkelijkst te benaderen familielid van de handpeer, maar de hobbelige harde vrucht maakt alles goed door de bijzondere bloemige parfum en honigachtige smaak. Ik maakte een lekker dikke kweeperenpasta van een deel van de oogst en gebruikte dat als vulling voor mijn variatie op het klassieke kue nastar koekje. Het is een tijdrovend werkje dat je jezelf kunt besparen door in de kaaswinkel of delicatessenwinkel een flinke plak kweeperenpasta of membrillo te kopen. Ik maakte kleine peertjes van het deeg en stak een stukje van de schil van de vanillepeul als steeltje bovenop. Tijdens het bakken zakte mijn kue nastar koekjes een beetje in en werden perfecte imperfecte kweeën.
Kue nastar met kweepeer
Voor ongeveer 25 koekjes
voor de vulling
100 gram kweeperenpasta (membrillo)
of
1 kilo kweeperen
ca 1 kilo suiker
sap van 1/2 citroen
voor het deeg
1 vanillestokje
150 gram patentbloem
40 gram maïzena
10 gram melkpoeder (of custardpoeder)
15 gram poedersuiker
snufje zout
125 gram koude boter
1 eigeel
voor de vulling
Boen het donslaagje van de kweeperen snijd ze in kwarten en verwijder de klokhuizen. Snijd het vruchtvlees in stukken en kook ze in een laagje water met gesloten deksel op laag vuur in ca. 1 uur gaar. Giet ze af en laat ze uitlekken. Pureer de kweepeer in een keukenmachine glad.
Weeg de kweeperenmassa en voeg evenveel suiker toe. Doe de puree samen met de suiker en het citroensap in een hoge pan. Breng aan de kook en laat onder regelmatig roeren -tegen aanbranden- op laag vuur in ca. 1-2 uur zachtjes inkoken tot het een dikke pasta is geworden en mooi rood van kleur is. Bekleed een ovenschaal met bakpapier en giet hier de membrillo in en laat helemaal afkoelen. Bewaar tot gebruik afgedekt in de koelkast.
voor het deeg
Snijd het vanillestokje in de lengte doormidden en schraap de zaadjes er uit. Knip kleine stukjes van de schil voor de steeltjes. Meng de bloem met de maïzena, het melkpoeder, de poedersuiker, het gemberpoeder, de citroenrasp, de vanillezaadjes en het zout. Snijd de boter in kleine blokjes. Wrijf de boter met de de vingertoppen door het bloemmengsel tot er een mengsel ontstaat dat op grof broodkruim lijkt.
Voeg 1 eigeel toe en kneed snel tot een bal. Voeg eventueel een theelepel water toe als het deeg te droog is. Kneed zo kort mogelijk zodat het deeg lekker kruimelig blijft na het bakken. Wikkel het deeg in huishoudfolie en laat 1 uur in de koelkast rusten.
Verwarm de oven voor op 180 °C. Maak ca. 20 balletjes van ongeveer 20 gram van het deeg. Druk de balletjes plat, doe een 1/4 tot 1/2 theelepel kweepeer in het midden en vouw dicht. Vorm tot een peertje en prik een vanillestokje in de bovenkant als steeltje
Leg de peertjes op een met bakpapier bekleed bakblik en bak de koekjes in het midden van de oven in 15-20 min. lichtbruin en gaar.
This post is also available in: Engels