Het is niet erg moeilijk om te raden wat hálfmánar in het IJslands betekent als je dit koekje ziet: Het heeft duidelijk de vorm van een halve maan. Het traditionele hálfmánar koekje uit IJsland wordt meestal rond de kerst gebakken. De vulling bestaat uit jam die in de korte zomers wordt gemaakt. Ik gebruikte voor deze keer rabarberjam omdat de sappige roze stengels op dit moment in mijn tuin langzaam zich los beginnen te maken uit de aarde. Voor mijn eerst poging gebruikte ik hartshorn of ammonium carbonaat, dat veel in IJsland wordt gebruikt voor bakken. Ik was al gewaarschuwd voor de gore ammoniaklucht die bij het bakken zou ontstaan, maar werd gerustgesteld dat ik er na het bakken niets meer van zou kunnen proeven. Ik had voor de zekerheid alle ramen en deuren open gegooid, maar zelfs dat kon niet voorkomen dat mijn hele keuken naar ammoniak stonk. Nadat ik mijn –fantastisch gerezen!- koekjes uit de oven haalde en liet afkoelen bleef ik toch een vage vieze lucht ruiken. In dit recept gebruikte ik dus gewoon bakpoeder. Wil je echt authentiek IJslands bakken, dan kun je online ammonium carbonaat gemakkelijk krijgen. Daar kwam ik er ook achter dat het poeder vroeger bekend stond als vlugzout en gebruikt werd om flauwgevallen dames weer bij kennis te brengen. Ik zou in ieder geval heel snel weer bijkomen om te ontsnappen aan de vreselijke geur. Vind je dit koekje lekker? Probeer dan eens mijn eigen variatie: het sesam spiraal koekje.
______________________
Hálfmánar koekje uit IJsland
Voor ca. 20 koekjes
180 gram bloem
70 gram suiker + extra om te bestrooien.
1 theelepel bakpoeder
½ theelepel gemalen kardemom
snufje zout
100 gram koude boter, in stukjes
1 ei, gesplitst
1 theelepel citroensap
± 1 el ijskoud water
rasp van 1/2 citroen
ca. 100 gram rabarberjam
Doe de bloem, de suiker, het bakpoeder, de kardemom en het zout in een kom.
Doe er de boter, de eidooier, het citroensap en –rasp bij.
Wrijf tussen de toppen van je vingers tot een kruimelige massa.
Doe er het water bij en kneed snel tot een samenhangend deeg.
Druk de deegbal plat, wikkel in huishoudfolie en laat minstens 1 uur rusten in de koelkast.
Verwarm de oven voor op 180ºC. Rol het deeg uit tot een dunne lap van ca. ¼ cm.
Steek er met een ronde koekjessteker of een groot glas rondjes uit van ca. 9 cm.
Leg ze op een met bakpapier bekleed bakblik.
Schep in het midden van elk rondje een klein beetje jam.
Vouw bijna dubbel, maar laat ca. 1 cm van de rand vrij. Druk goed dicht.
Bestrijk met de het eiwit en bestrooi met wat suiker. Laat de koekjes nog ± 30 min. koud worden in de koelkast zodat ze straks beter hun vorm houden.
Bak de koekjes in het midden van de oven in 10-15 min. lichtbruin en gaar.
Neem uit de oven en laat afkoelen op de bakplaat.
This post is also available in: Engels
3 Responses to Halfmanar koekje uit IJsland